Om uw EPSON-printer met WiFi te verbinden, moet u er eerst voor zorgen dat uw printer is ingeschakeld. Ga naar het bedieningspaneel van de printer en navigeer naar de WiFi-configuratie-instellingen, meestal te vinden onder ‘Netwerkinstellingen’ of ‘Draadloze installatie’. Selecteer uw WiFi-netwerk uit de lijst met beschikbare netwerken en voer uw WiFi-wachtwoord in met behulp van het schermtoetsenbord. Bevestig de instellingen en wacht tot de printer een verbinding tot stand heeft gebracht. Zodra er verbinding is, verschijnt er een bevestigingsbericht op het scherm.
Om Wi-Fi op uw Epson-printer in te schakelen, drukt u op de Wi-Fi-knop of opent u het Wi-Fi-instellingenmenu via het bedieningspaneel van de printer. Selecteer “Wi-Fi-configuratie” en kies de optie Wi-Fi-configuratiewizard. Volg de instructies op het scherm om uw draadloze netwerk te selecteren en het netwerkwachtwoord in te voeren. De printer probeert vervolgens verbinding te maken met het netwerk. Zodra dit lukt, gaat het Wi-Fi-lampje branden of wordt er een bevestigingsbericht weergegeven.
Om de verbinding met uw Epson-printer te herstellen, zorgt u ervoor dat de printer en de router zijn ingeschakeld en met hetzelfde netwerk zijn verbonden. Start de printer en router opnieuw op om de netwerkverbinding te vernieuwen. Als het verbindingsprobleem aanhoudt, gaat u naar de netwerkinstellingen van de printer en voert u uw Wi-Fi-gegevens in. Mogelijk moet u ook de wizard Netwerk instellen uitvoeren om opnieuw verbinding te maken met het netwerk.
Om ervoor te zorgen dat uw computer uw EPSON-printer herkent, moet u er eerst voor zorgen dat de printer is verbonden met hetzelfde Wi-Fi-netwerk als uw computer. Installeer de nieuwste printerstuurprogramma’s en software van de Epson-website. Ga op uw computer naar het Configuratiescherm of Instellingen en selecteer ‘Apparaten en printers’ of ‘Printers en scanners’. Klik op “Printer toevoegen” en volg de aanwijzingen om uw Epson-printer te selecteren in de lijst met beschikbare apparaten. Voltooi het installatieproces volgens de instructies.
Om de Wi-Fi-verbinding met uw printer te herstellen, controleert u eerst of uw printer zich binnen het bereik van uw Wi-Fi-router bevindt en er geen obstakels zijn die interferentie veroorzaken. Start zowel uw printer als uw router opnieuw op om het netwerk te resetten. Ga op het bedieningspaneel van de printer naar het Wi-Fi-instellingenmenu en selecteer ‘Netwerkinstellingen herstellen’ of ‘Netwerk resetten’. Verzamel uw Wi-Fi-inloggegevens en probeer opnieuw verbinding te maken met het netwerk. Zorg ervoor dat uw router het MAC-adres van de printer niet blokkeert en dat het netwerk niet overbelast is.