Hoe de ecotank schoonmaken?

Om een ​​Ecotank-printer schoon te maken, zet u hem eerst uit en haalt u de stekker uit het stopcontact. Open de printerkap om toegang te krijgen tot de inkttanks en print de kop. Gebruik een zachte, pluisvrije doek die licht is bevochtigd met water om stof of gemorste inkt rond de inkttanks en buitenoppervlakken voorzichtig weg te vegen. Vermijd het gebruik van alcohol of agressieve chemicaliën, omdat deze printeronderdelen kunnen beschadigen.

Om de Epson Ecotank-printkop te reinigen, opent u het printeronderhoudsmenu via het bedieningspaneel van uw computer of de software-interface. Selecteer de optie “Print Cleaning Head” en volg de instructies op het scherm. Bij dit proces wordt inkt gebruikt om eventuele verstoppingen of vuil in de spuitmondjes van de printkop te verwijderen. Als de eerste reiniging het probleem niet oplost, moet u het proces mogelijk herhalen totdat de afdrukkwaliteit verbetert.

Voor Epson Power Cleaning voert u ‘Power Cleaning’ uit via het onderhoudsmenu van de printer als het regelmatig reinigen van de printkop geen bevredigend resultaat oplevert. Bij deze intensieve reinigingscyclus wordt meer inkt gebruikt om de spuitmondjes van de printkop grondig te reinigen. Zorg ervoor dat er voldoende inkt in de tanks zit voordat u een krachtige reinigingscyclus start. Volg de instructies op het scherm zorgvuldig, aangezien dit proces enkele minuten kan duren.

Om de Ecotank-inkt te legen, begint u met het dragen van wegwerphandschoenen om inktvlekken op uw handen te voorkomen. Open het deksel van de inkttank en kantel de printer voorzichtig of gebruik een injectiespuit om inkt uit de tanks te zuigen. Voer inkt af in overeenstemming met de plaatselijke regelgeving, aangezien dit als gevaarlijk afval kan worden beschouwd. Reinig de inkttanks met een zachte, pluisvrije doek die is bevochtigd met water voordat u deze opnieuw vult met nieuwe inkt.

Om een ​​printer grondig schoon te maken, zet u eerst de printer uit en haalt u de stekker uit het stopcontact. Verwijder alle papierladen en inktcartridges of tanks. Gebruik een zachte, pluisvrije doek die licht is bevochtigd met water om de buiten- en binnenoppervlakken van de printer schoon te vegen. Gebruik bij hardnekkig vuil of inktresten een licht schoonmaakmiddel. Reinig de papierinvoerrollen met een pluisvrije doek die is bevochtigd met water om stof en vuil te verwijderen dat papierstoringen kan veroorzaken. Zorg ervoor dat alle onderdelen volledig droog zijn voordat u de printer weer in elkaar zet en weer inschakelt.